BHV organisatie: aanwijzen bedrijfshulpverleners (BRANCHEAFSPRAAK)
Brancheafspraak BHV-organisatie
Een BHV-organisatie omvat alle personen met taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden rond bedrijfshulpverlening. De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de BHV-organisatie zijn schriftelijk vastgelegd. Er is aangegeven bij wie de onderstaande taken zijn belegd. Ook is aangegeven welke bevoegdheid de BHV’ers hebben tijdens een calamiteit. Specifiek wordt hierin benoemd wie ten tijde van calamiteiten bevoegd is om te bepalen welke maatregelen genomen worden, bijvoorbeeld of installaties worden stilgelegd, hulpdiensten worden ingeroepen of het pand ontruimd wordt of niet. Dit betekent dat in die situaties de BHV’er een hogere bevoegdheid heeft dan de reguliere leidinggevenden.
In de BHV-organisatie worden de volgende functies geregeld:
Bedrijfshulpverleners (BHV’ers)
Een BHV’er heeft uitvoerende taken, die in de Arbowet art. 15 beschreven zijn:
- het verlenen van eerste hulp bij ongevallen
- het beperken en bestrijden van brand en het beperken van de gevolgen van ongevallen
- in noodsituatie alarmeren en evacueren van medewerkers en andere aanwezigen
Afhankelijk van de opzet van de BHV-organisatie zijn de drie taken voor de BHV’er gecombineerd (de BHV’ers zijn dan allround) of verdeeld over de taakgebieden EHBO, BHV-LEH (levensreddende eerste hulp), BHV-Brandbestrijding of BHV-ontruimer.
EHBO’ers /LEH’ers
De BHV’er met deze specifieke taak zijn gespecialiseerd in het verzorgen van gewonden en acute ziektes. Het verschil tussen EHBO en LEH zit in de kennis. LEH’ers hebben basiskennis voor de op de bedrijfssituatie gerichte risico's c.q. levensbedreigende verwondingen of aandoeningen. EHBO’ers zijn breed opgeleid en hebben een diploma volgens de criteria van het Oranje Kruis.
BHV-brandbestrijding
Deze BHV-taak beperkt zich tot het blussen van een beginnende brand. BHV’ers met deze specifieke taak hebben dus goede kennis van soorten brand en de soorten, doel en wijze van gebruiken van draagbare blusmiddelen en brandhaspels.
Ontruimers
Een ontruimer houdt zich primair bezig met het evacueren van medewerkers en aanwezige derden. Hij hoeft geen uitgebreide BHV-opleiding te hebben gehad, maar moet goed opgeleid of geïnstrueerd zijn over de uitvoering van een ontruimingsplan.
Ploegleiders
Deze rol is alleen van toepassing in complexere situaties waarbij er meerdere BHV’ers gelijktijdig in actie komen en aangestuurd moeten worden. De ploeg)leider verzorgt de aansturing van meerdere BHV’ers bij een inzet. Een ploegleider heeft een aanvullende opleiding, waardoor hij leiding kan geven aan een ploeg BHV’ers. Een ploeg bestaat doorgaans uit maximaal 6 personen. Een ploegleider kan leiding geven aan een BHV-ploeg, maar ook aan een brandweerploeg of EHBO-ploeg. De ploegleider is altijd degene die opdracht geeft tot verkenning en tot ontruiming. Hierbij is hij bevoegd om de reguliere leidinggevende te 'overrulen'. De ploegleider BHV kan dus iemand anders zijn dan de gebruikelijke leidinggevende. Maak dan wel helder dat bij een calamiteit de ploegleider het gezag heeft!
Hoofd BHV
Afhankelijk van de grootte en de complexiteit van de organisatie is het Hoofd BHV (of coördinator) verantwoordelijk voor de voorbereiding en uitvoering van de BHV-taken. Bij bedrijven met meerdere vestigingen heeft het Hoofd BHV vooral een beleidsmatige functie, met aandacht voor crisis- en risicomanagement samen met communicatie. Het Hoofd BHV is de schakel tussen het management en de BHV-organisatie en verantwoordelijk voor training, oefening, mensen en materiaal. Bij calamiteiten neemt het Hoofd BHV zitting in het crisisteam.
Goede praktijken bij deze richtlijn
- Opleidingsprofiel bedrijfshulpverleners BHV’ers (PRAKTIJKVOORBEELD)
- Bepalen van het aantal BHV’ers (PRAKTIJKVOORBEELD)
Meer informatie
Arbo-Informatieblad 10 ‘Bedrijfshulpverlening’
NEN 4000 Bedrijfshulpverlening
Relatie met wet
BHV organisatie: aanwijzen bedrijfshulpverleners (BRANCHEAFSPRAAK)
Brancheafspraak BHV-organisatie
Een BHV-organisatie omvat alle personen met taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden rond bedrijfshulpverlening. De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de BHV-organisatie zijn schriftelijk vastgelegd. Er is aangegeven bij wie de onderstaande taken zijn belegd. Ook is aangegeven welke bevoegdheid de BHV’ers hebben tijdens een calamiteit. Specifiek wordt hierin benoemd wie ten tijde van calamiteiten bevoegd is om te bepalen welke maatregelen genomen worden, bijvoorbeeld of installaties worden stilgelegd, hulpdiensten worden ingeroepen of het pand ontruimd wordt of niet. Dit betekent dat in die situaties de BHV’er een hogere bevoegdheid heeft dan de reguliere leidinggevenden.
In de BHV-organisatie worden de volgende functies geregeld:
Bedrijfshulpverleners (BHV’ers)
Een BHV’er heeft uitvoerende taken, die in de Arbowet art. 15 beschreven zijn:
- het verlenen van eerste hulp bij ongevallen
- het beperken en bestrijden van brand en het beperken van de gevolgen van ongevallen
- in noodsituatie alarmeren en evacueren van medewerkers en andere aanwezigen
Afhankelijk van de opzet van de BHV-organisatie zijn de drie taken voor de BHV’er gecombineerd (de BHV’ers zijn dan allround) of verdeeld over de taakgebieden EHBO, BHV-LEH (levensreddende eerste hulp), BHV-Brandbestrijding of BHV-ontruimer.
EHBO’ers /LEH’ers
De BHV’er met deze specifieke taak zijn gespecialiseerd in het verzorgen van gewonden en acute ziektes. Het verschil tussen EHBO en LEH zit in de kennis. LEH’ers hebben basiskennis voor de op de bedrijfssituatie gerichte risico's c.q. levensbedreigende verwondingen of aandoeningen. EHBO’ers zijn breed opgeleid en hebben een diploma volgens de criteria van het Oranje Kruis.
BHV-brandbestrijding
Deze BHV-taak beperkt zich tot het blussen van een beginnende brand. BHV’ers met deze specifieke taak hebben dus goede kennis van soorten brand en de soorten, doel en wijze van gebruiken van draagbare blusmiddelen en brandhaspels.
Ontruimers
Een ontruimer houdt zich primair bezig met het evacueren van medewerkers en aanwezige derden. Hij hoeft geen uitgebreide BHV-opleiding te hebben gehad, maar moet goed opgeleid of geïnstrueerd zijn over de uitvoering van een ontruimingsplan.
Ploegleiders
Deze rol is alleen van toepassing in complexere situaties waarbij er meerdere BHV’ers gelijktijdig in actie komen en aangestuurd moeten worden. De ploeg)leider verzorgt de aansturing van meerdere BHV’ers bij een inzet. Een ploegleider heeft een aanvullende opleiding, waardoor hij leiding kan geven aan een ploeg BHV’ers. Een ploeg bestaat doorgaans uit maximaal 6 personen. Een ploegleider kan leiding geven aan een BHV-ploeg, maar ook aan een brandweerploeg of EHBO-ploeg. De ploegleider is altijd degene die opdracht geeft tot verkenning en tot ontruiming. Hierbij is hij bevoegd om de reguliere leidinggevende te 'overrulen'. De ploegleider BHV kan dus iemand anders zijn dan de gebruikelijke leidinggevende. Maak dan wel helder dat bij een calamiteit de ploegleider het gezag heeft!
Hoofd BHV
Afhankelijk van de grootte en de complexiteit van de organisatie is het Hoofd BHV (of coördinator) verantwoordelijk voor de voorbereiding en uitvoering van de BHV-taken. Bij bedrijven met meerdere vestigingen heeft het Hoofd BHV vooral een beleidsmatige functie, met aandacht voor crisis- en risicomanagement samen met communicatie. Het Hoofd BHV is de schakel tussen het management en de BHV-organisatie en verantwoordelijk voor training, oefening, mensen en materiaal. Bij calamiteiten neemt het Hoofd BHV zitting in het crisisteam.
Goede praktijken bij deze richtlijn
- Opleidingsprofiel bedrijfshulpverleners BHV’ers (PRAKTIJKVOORBEELD)
- Bepalen van het aantal BHV’ers (PRAKTIJKVOORBEELD)